donderdag 16 november 2017

Voorbij, voorbij, o en voorgoed voorbij (Knipoog 67)


Kent u deze regels?
Maar het vergankelijke kent geen keer
dan in de opstanding der herinneringen.
Waarschijnlijk niet. De regels staan in het gedicht 'Herinnering' van J.C. Bloem. Wellicht zijn de openingsregels iets bekender:
De gloeiende avond in de kleine stad:
Verlichte ramen stonden ruischend open
Maar het bekendst is natuurlijk de slotregel:
Voorbij, voorbij o en voorgoed voorbij. 
 Deze regel is ook te vinden op grafsteen van Bloem.


In de loop der jaren hebben al heel wat mensen als er iets voorbij was, al dan niet ironisch, dit geciteerd.

In 1979 verscheen er bijvoorbeeld een film van Paul Verhoeven met de titel Voorbij, voorbij. In de film gaat het om de vraag of je bijna vijfendertig jaar na de oorlog het verleden moet laten rusten of niet.

Op Meander recenseerde Hans Puper op 11 mei 2015 de bundel Mijn vader bad van Jabik Veenbaas onder de titel 'Voorbij, voorbij, o en voorgoed voorbij'.

Op de weblog Over koetjes en kalfjes (2012) schrijft Hendrika over haar schoonmoeder, een boerin, die overleden is. Ook zij gebruikt het citaat van Bloem.

Steeds weer komen we het citaat tegen: Op Woest en ledig (2007) over oude kinderboeken; bij de Zwolse historische vereniging onder een foto van een watertoren; Jan Blokker schreef een boek met deze titel (waarbij de 'o', 'oh' werd); in NRC bij een artikel over de herdenking van J.C. Bloem (1992); in het weekblad Elsevier boven een artikel over het tennistoernooi op Wimbledon; in de Volkskrant boven een artikel met nota bene gedichten van Remco Campert (1996); in De groene Amsterdammer boven een tv-recensie van programma's over oude mensen (2014) en in Trouw over Maison de Bonnetterie. Je hoeft niet ver te zoeken om Bloem te horen spreken.

Op vrijdag 2 november kwam ik een variant op het citaat tegen in NRC Handelsblad: ' Die luxe gaat voorbij, o en voorgoed voorbij'. Het stond boven een stuk van Derk Walters over een boek van Philip Blom, Wat op het spel staat. 

Walters schrijft: 'maar volgens Blom is het tijd om afscheid te nemen van de idee dat wij nog jaren voort kunnen met onze liberale, consumentistische westerse samenleving. Dit type samenleving gaat eraan en snel ook. Daar zal de titel mee te maken hebben.

Er zullen heel wat lezers zijn, die bij het lezen van Walters' titel aan Bloem hebben gedacht. Walters zal goed ingeschat hebben dat zo'n knipoog nog door veel mensen begrepen wordt. We zullen een verwijzing naar het citaat van Bloem in de toekomst zeker nog tegenkomen. Wie weet, brengt dat er ons toe om de poëzie van Bloem te gaan (her0lezen. Dat is altijd goed.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten