zaterdag 26 juli 2014

Een bosje van dit (Ina van der Beugel)


Een tijdje terug liep ik zomaar tegen een boekje van Ina van der Beugel aan, dat ze schreef onder de naam Jacquelientje Plof. Dat vond ik heel aardig. Kijk maar: klik! Later kocht ik een boekje van haar met herinneringen aan haar jeugd. Ook leuk. En onlangs kwam ik in een kraampje met oude boeken Een bosje van dit (derde druk, 1951) tegen. Er zal wel een stofomslag omheen hebben gezeten, maar dat was verdwenen. 

In het boekje staan korte stukjes, die zich allemaal afspelen in een bloemenzaak. Aan de titels kun je al een beetje zien waar de stukjes over gaan: 'Bruidsbouquet', 'Moederdag', 'Grafkrans', 'Tafelversiering', 'Kerstmis'. Wat dat betreft zijn de stukjes ook wel wat voorspelbaar.

Van der Beugel krijgt het ook niet steeds voor elkaar om een stukje mooi rond te breien. Ze blijft dan steken in het schetsen van achtereenvolgende klanten. Dat doet ze wel amusant. Ze neemt scherp waar en kan iemand in een paar woorden, een zin of enkele zin typeren. 

Over een koper voor zware mand ('Er zit genoeg aarde in voor een klein bloemperk'), die opgemaakt is voor Pasen:
Natuurlijk komt er wel iemand voor de mand. Het is een worst met een dure overjas. De worst is tot berstens toe gevuld met pâté, reebout en bourgogne. Het vel van de worst is paars-rood gemarmerd. De overjas is zwart.
'Kost dat?'vraagt hij en hij laat zijn hoofd rollen in de richting van de mand.
Ik denk dat men indertijd dat het aantrekkelijke van de stukjes vond: de mensen die Van der Beugel opvoerde waren herkenbaar. Daarbij heeft ze een opgewekte verteltoon, die me doet denken aan Cissy van Marxveld en Henriëtte van Eyk. De bundel werd indertijd dan ook grif verkocht. Voor in de derde druk schreef Van der Beugel:
Nu de derde druk van mijn boekje nodig blijkt, ben ik tot de bijzonder plezierige conclusie gekomen dat de bloemen, bijeengebonden tot "Een bosje van dit", tot zeer krachtige variëteiten behoren: zij schijnen niet te verwelken. 
Het zijn inderdaad aardige stukjes, maar ook niet veel meer. Ik denk dat ze in de krant, waar je er maar eentje per keer leest, beter tot hun recht komen dan in een boekje. Mij was het allemaal toch wat te vluchtig. Het is gespeel, het zijn aardigheidjes, maar ik wilde na een tijdje ook wel eens een verhaal dat ergens over ging.

Toch zou ik een volgende keer, als ik het tegenkwam, weer een boekje van Van der Beugel kopen. Al was het maar omdat ze helemaal verdwenen lijkt te zijn uit ons geheugen. Dat was nou ook weer niet nodig.
Tekening A. Siegenbeek van Heukelom

Geen opmerkingen:

Een reactie posten